Thé Tjong-Khing

Krijgt kinder- en jeugdliteratuur genoeg aandacht in Vlaanderen?: 
Ik vind van wel. Toen ik begon, ver weg tweede helft zestiger jaren van de vorige eeuw, werd de illustrator soms helemaal niet genoemd. Querido begon er geloof ik mee, die zette auteur en illustrator soms even groot op de cover. Zowel verhaal als illustraties zijn sterk geëvolueerd.
Sta je er bewust bij stil dat tekeningen of verhalen de blik van een kind kunnen verruimen?: 
Ik vind van wel. Maar zelf denk ik daar helemaal niet aan als ik bezig ben. Alles wat me interesseert is of mijn tekening het effect bereikt van wat ik voor ogen heb.
Heb je bewust gekozen om voor kinderen te schrijven of tekenen of is dat eerder toevallig zo gekomen?: 
Ik kies nu bewust voor kleine kinderen. Niet toen ik begon. Ik tekende strips voor de bovenbouwleeftijd, en ook later toen ik me toelegde op boeken illustreren. Toen Miep Diekmann me vroeg kinderversjes te illustreren had ik zo mijn bedenkingen: kan ik dat wel? Nu maak ik het liefst prentenboeken.
Bekijk je je eigen werk vaak en kun je daar van genieten of zie je alleen wat beter kan?: 
Als het boek uit is bekijk ik mijn werk heel vaak. Over sommige illustraties ben ik dan zeer tevreden en over andere minder of soms helemaal niet, dan zie ik opeens wat er allemaal beter kan. Meestal gaat het om de kleur: die hoek had donkerder gemoeten, dat groen had beter wat geler gekund. Zoiets. Daarna kijk ik er niet meer naar om, dan ben ik gespitst op het volgende boek, want dat moet beter worden dan het vorige. Haha...
Hoe zou je je eigen werk omschrijven? Wat is het meest kenmerkend voor jouw stijl?: 
Ik zou het niet weten. Het is wel zo dat mensen mij meteen herkennen. Soms vind ik dat ik totaal anders werk, maar mensen zeggen meteen: o dat is van jou, dat zie je meteen. Dat vind ik dan eigenlijk niet zo leuk om te horen, haha!
Waarin onderscheidt jouw werk zich van anderen?: 
Zie vorige vraag.
Wat is voor jou het mooiste compliment dat je kunt krijgen over je werk?: 
Nou ja, dat ze het mooi vinden. Opmerkelijk is dat bijna alle recensies de humor in mijn werk noemen. Soms doe ik het erom. Maar in 95 van de 100 gevallen ben ik daar niet op uit. Ik denk dan ook dat de humor die anderen er in zien, voortvloeit uit het feit dat al mijn figuren heel ernstig bezig zijn met wat ze doen.
Wat is je volgende project?: 
In oktober komt een boek uit dat iets te maken heeft met de schilder Hjeronimus Bosch. Want volgend jaar is het ‘Hjeronimus Bosch jaar’. Op stapel staat een sprookjesboek.
Wat wil je in de toekomst zeker nog doen of maken?: 
Niets speciaals. Ik hoop dat er mooie verhalen mijn kant op komen. Een griezelboek bijvoorbeeld.
Heb je bepaalde rituelen voor je start met werken?: 
Nee.
Werk je met een vaste structuur of laat je je leiden door inspiratie?: 
Nee, geen enkele structuur. En inspiratie is een groot woord. Het is heel hard nadenken en van alles proberen. Soms ben ik dagen lang aan het schetsen (in mijn hoofd of op papier) en wordt het maar niet zoals ik het wil. Dan ineens zie ik het: dat ene zwijn moet weg en die rode muur daarachter moet veel donkerder, en alles is oké. Is dat inspiratie? Ik maak heel veel schetsen, het overgrote deel in mijn hoofd. Dat gebeurt in bed, op straat, tijdens het eten, als ik door de duinen wandel, eigenlijk overal, ook als ik bij mensen op bezoek ben (soms).
Niets lukt wat je ook probeert...wat doe je met zo’n verloren dag?: 
Dan ga ik de deur uit.
Laat je je voor het creëren inspireren door andere bronnen (muziek, boeken, internet, kunst, tijdschriften..): 
Alles wat ik zie en tegenkom kan me op een idee brengen. Bijvoorbeeld, jij vertelt mij iets en je maakt er een bepaald gebaar bij. Het kan voorkomen dat ik dat jaren later gebruik. Ik heb de hele dag de radio aan, maar ik kan niet zeggen dat muziek mij op ideeën brengt.
Wat of wie zijn je grootste inspiratiebronnen?: 
Zie vorige vraag.
Welk boek uit je kindertijd heeft het meeste indruk gemaakt?: 
Bruintje Beer.
Wat is jouw favoriete voorleesboek?: 
Dat heb ik niet. Ik lees echt heel heel slecht voor.
Welk boek las je onlangs?: 
“Doodgewoon” van Bette Westera. Erg gelachen.
Wie zijn je favoriete tekenaars en/of schrijvers: 
Pat Andrea, David Hockney, Dufy en nog veel meer. Philip Roth, Alice Munroe, Salinger.