Het dikke boek van Vos en Haas

Vos en Haas, Tot kijk, Vos en Haas en Vos en Haas op een eiland

'Het dikke boek van Vos en Haas' bundelt de eerste drie Vos en Haas-verhalen: 'Vos en Haas', 'Tot kijk, Vos en Haas' en tenslotte 'Vos en Haas op het eiland'. Kwaliteit behoeft geen krans: de Vos en Haas-boeken van Sylvia vanden Heede behoren tot het kruim van de eerstelezersboeken. Ze worden terecht herdrukt, bejubeld en bekroond. Rond een aantal centrale figuren - Vos, Haas, Uil en Piep en later ook Iek en Tok - bouwt de auteur een aantal eenvoudige, o zo grappige verhaaltjes over voor jonge kinderen erg herkenbare dingen en gevoelens: vriendschap, sneeuwpret, jaloezie, rollenpatronen, met vakantie gaan, heimwee, … De taal die Vanden Heede daarbij hanteert, is subliem: de leesmoeilijkheidsgraad gaat van AVI 1 tot AVI 4, maar nergens voel je beperkingen in taal en stijl. Het leesplezier staat voorop! Dit wordt nog eens onderstreept door de typografie. Inspringende zinnen, vetgedrukte woorden, verschillende lettergroottes, … zetten de kracht van het woord extra in de verf. De verhaaltjes groeien met de kinderen mee, zonder dat die er zelf erg in hebben. Waar in het eerste boek de hoofdstukjes nog min of meer los staan van elkaar, vormt het derde boek al een lang geheel. Tenslotte zijn er nog de prachtige illustraties van Thé Tjong-Khing. De door hem gecreëerde figuurtjes vallen op door hun karakterisering en expressiviteit en zijn onweerstaanbaar grappig. Taal en illustraties versterken elkaar en maken het (samen) lezen tot een groot feest. Toch heeft deze omnibus een klein nadeel: 'Het dikke boek van Vos en Haas' is volle 382 bladzijden lang. Dat kan beginnende lezertjes afschrikken. Met wat positieve ondersteuning zal dit echter de pret niet drukken.