Twee meisjes

Ooit waren Toke en Ot boezemvriendinnen ondanks of was het dankzij hun uiteenlopende karakters. Toke was extravert, Ot in zichzelf gekeerd. Ot heeft altijd al getekend; dat is haar manier om zich te uiten. Nu zijn het oude vrouwen geworden, die elkaar al jaren niet meer gezien hebben. Ot is ongehuwd gebleven. Soms was ze wel eens verliefd op een vrouw en het heeft ook jaren goed gegaan met een man. Maar Ot is uiteindelijk alleen gebleven. Ze zit al tien jaar in een bejaardentehuis. Toke is weduwe en heeft kinderen en kleinkinderen. Zij woont nog thuis en gaat elke dag op wandel in het stadje. Ze filosofeert wel eens over wie ze is en of ze niet evengoed iemand anders had kunnen zijn, maar uiteindelijk is ze toch tevreden met wie ze is. Zoals veel oude mensen gaat ook voor Toke en voor Ot het verleden weer heel levendig worden en zo komt het dat het beeld van de één al eens door de ander haar hoofd gaat. In flashbacks wordt heel hun jeugd gereconstrueerd. En het doet helemaal niet geforceerd aan als de twee oude dames elkaar terugvinden. Het boek is niet alleen geschikt voor kinderen, want die zullen er slechts onder begeleiding meer kunnen uithalen (week van de derde leeftijd). Het is misschien nog meer geschikt voor bejaardentehuizen of verenigingen van gepensioneerden, want het is zeer herkenbaar. Ook het personeel van rusthuizen kan er zijn voordeel mee doen want mensen zoals Ot verdragen geen betutteling. De auteur weet de juiste woorden te kiezen en maakt er een mooi, poëtisch, aandoenlijk en weemoedig verhaal van. De illustraties zijn prachtig. Het is wonderbaarlijk hoe Anne Westerduin met enkele lijnen expressie aan haar tekeningen geeft. Het hele boek is zeer verzorgd uitgegeven.