Ze zijn onder ons
De vakantie begint. Vier vrienden vragen zich af hoe ze deze vrije dagen kunnen doorbrengen. Naar de zon, de zee, de sneeuw zoals hun klasgenoten of gewoon samen spelen? Met vier trekken ze naar het plein. Zo begint het avontuur van Yi Mumu, Merjan, Rafiki en Oobjo. Overal waar ze komen, komen ze tekeningen tegen. Die vormen de basis voor hun eigen spannende verhaal. Ze zien een gekke vogel op het plein die hun aandacht trekt. Via een kelderraam verdwijnt hij. Ze volgen de vogel en komen in een smalle ruimte terecht. Overal zien ze vreemde tekens en een man met een baard. Hij is de rode draad doorheen het verhaal. Wanneer ze per ongeluk tegen hem aanbotsen, laat hij een map met tekeningen vallen. De man kijkt verstoord, wordt boos en mompelt onverstaanbare woorden. De vrienden zoeken verder en komen in een ondergronds gangenstelsel terecht waar ze bovendien één van hun vrienden uit het oog verliezen. Zo volgt dag na dag een spannende week. Wanneer ze na de vakantie terug naar school gaan, vertellen ze hun belevenissen aan hun klasgenoten. Op die manier krijg je nogmaals een samenvatting van hun belevenissen.
De spanning bouwt op. Toch kan het geheel niet echt overtuigen. Beetje bij beetje wordt het mysterie ontrafeld, maar je blijft als lezer op je honger zitten. Tekeningen van voorwerpen die gevonden zijn bij opgravingen, zijn de inspiratie geweest voor dit hedendaagse boek. De voorwerpen dateren van meer dan 5000 jaar geleden uit het oude Egypte. De rode draad van de archeologische tekeningen is soms te geforceerd. Over de kinderen zelf kom je niet zo veel te weten. Het verhaal is soms verwarrend omdat het is verteld vanuit het perspectief van de vrienden (we). Maar regelmatig, wordt plots naar de ik-persoon overgeschakeld (zoals bijvoorbeeld p.11 en p.17). De korte zinnen die elkaar vlug opvolgen, lezen vlot. De taal is verzorgd (er kan regen waaien, de zon kan smelten, de wind kan vallen.)
De lay-out met blauwe illustraties past in de sfeer van het boek. Het is heel origineel bedacht van de auteur om de Egyptische cultuur op die manier dichter bij de lezer te brengen. Achteraan in het boek krijg je nog een korte, duidelijke uitleg over de vondsten waarop de tekeningen zijn geïnspireerd. Ook lees je waar je ze kan bezichtigen. Op de achterflap is te lezen dat het boek geschikt is voor lezers vanaf acht jaar. Persoonlijk denk ik dat het eerder voor oudere kinderen is. Toch wanneer je de link wil begrijpen met de geschiedenis.