Woestland

William heeft een sterk ontwikkeld zintuig waardoor hij de gedachten van anderen kan lezen. Dat lijkt handig, maar er is een groot nadeel: hij kan zijn geest er niet voor afschermen. Op het woonschip vermijdt hij drukke plaatsen, omdat al de gedachten van de omstaanders zijn geest binnendringen en zijn zenuwen op de proef stellen. Hij beschikt tevens over een kracht waarmee hij glas kan doen springen. Die drang komt op als hij onder hoge stress komt te staan. Op een dag geraakt hij zo overstuur dat al de ruiten in zijn omgeving springen. Niemand mag dat te weten komen, omdat men hem dan zal isoleren. William kan alleen nog vluchten. Zijn twee vrienden laten hem niet zomaar gaan en samen vertrekken ze per schip van het woonschip naar het vasteland. Ze beleven er vreemde avonturen en verblijven bij een volk, waar William ontdekt dat er bewoners vertoeven met veel verschillende gaven. Hij leert er zijn gave onder controle te krijgen en zijn geest voor anderen af te sluiten.

Het verhaal steunt sterk op het stramien van de vorige twee delen. Met flashbacks worden elementen uit de vorige boeken hernomen. Deze opfrissing is nodig om dit vervolg te begrijpen, doch heeft een remmend effect op het ritme en de spanning in dit avontuur. Daarnaast is dit scenario ook veel eenvoudiger dan de vorige twee. Veelal zijn de acts voorspelbaar en het einde komt er heel plots aan: ineens lijkt alles opgelost. Deze plottwist staat in contrast met de trage opbouw. De schrijfstijl van Nancy Mostrey blijft even goed. Ze heeft een vlotte vertelstijl en kan goed sfeer scheppen. De fantasierijke beschrijvingen creëren een duidelijk decor en er is meer ruimte voor het uitdiepen van de karakters van de drie vrienden en hun onderlinge relaties. In dit derde deel is er duidelijk minder spanning en avontuur; het is sterk gelijkend op de vorige verhaallijnen en daardoor minder krachtig.