Winde Windeling en de vallende ster
Gill Lewis schreef al verschillende verhalen over haar personage Winde Windeling die de wilde natuur als haar plek ziet om zich uit te leven. In dit verhaal gaat ze met haar vrienden op zoek naar vallende sterren, maar ze komen in een groter avontuur terecht want de regen en de storm hebben hun kamp verwoest.
Wanneer het zieke broertje van Winde, Freddy, alweer moet worden opgenomen in het ziekenhuis is haar buurmeisje Raaf de redding. Ze mag er gaan logeren van haar ouders en dus kan ze ongestoord met Raaf hun overstroomde kamp proberen redden van de ondergang. Alle opgetrommelde vrienden –ze hebben allemaal een dierennaam wanneer ze de wildernis intrekken– helpen en ploeteren, maar het is verwoest. Ze gaan schuilen bij de heks (een schrijfster) die chocomelk voor hen maakt. Wanneer het eindelijk stopt met regenen gaan ze vallende sterren tellen, een wens doen, en Winde kan ook nog een eend redden van een gewisse dood.
De verschillende verhalen van de schrijfster zijn een pleidooi voor de liefde voor de natuur waar kinderen hun hart kunnen ophalen en zich vrij kunnen voelen. De uitgave is zeer verzorgd maar de illustraties zijn nogal flauw karikaturaal en weinig expressief. De taal is voor iets meer geoefende lezers. Jammer dat het avontuurlijke in dit boekje nogal mat overkomt en de personages iets te weinig pit hebben om boeiend en spannend te zijn.