Waar kunnen we hier een standbeeld krijgen?

Cal en Gus zijn een rappende tweeling. Moeilijkheden, gevoelens en gedachten worden door hen vaak in een rap gezet. Op die manier toont de auteur een heel aantal situaties, gevoelens en gedachten, die gewoon verteld niet 'cool' lijken. Cool zijn vinden de broertjes heel belangrijk. De tekst is dan ook doorspekt met woorden als “suf”, “superwatje”, “hyper” ... Cal en Gus zijn verliefd op hetzelfde meisje en stellen alles in het werk om haar te behagen. Samen moeten ze voor school een project doen i.v.m. een standbeeld. Het werk aan dit project vormt de rode draad door het verhaal. De auteur schrijft het verhaal als was het een dagboek van één van de broers. Het resultaat is een vlot leesbare tekst, maar anderzijds is het niet echt in een taal geschreven waarmee we onze woordenschat zinvol kunnen uitbreiden. De pentekeningen lijken weggeplukt uit een slecht getekende strip en zijn alles behalve 'cool'.