Slimme Witte Veer, een jonge Lakota-indiaan, ontdekt lange rookpluimen, ver weg op de Grote Vlakte. Zijn vriend Rode Vos weet ook niet wat dat betekent. Het stamhoofd, Grote Wijze Uil, leert hen wat de rooksignalen betekenen: gevaar. Slimme Witte Veer ziet als eerste wat hen bedreigt: de schaduw van de Stormvogel – eigenlijk een Californische condor – valt over hen, en dat betekent altijd gevaar. Hij mag met de grote indianen mee op onderzoek. En vindt dat best spannend, totdat ze op een ochtend omsingeld zijn door een vijandige indianenstam. Als dat maar goed afloopt. Natuurlijk kunnen kinderen veel leren van volwassenen; de indianencultuur is daar veel meer van doordrongen dan de onze. Maar volwassenen kunnen ook van kinderen leren ... Dit is het eerste boek in een nieuwe serie. Slimme Witte Veer probeert een goede, brave indiaan te zijn. Zijn vriendje Rode Vos is heel wat onvoorzichtiger. En die combinatie zou tot spannende avonturen moeten leiden. Zo wordt de serie toch aangekondigd. Mij kon dit boek echter niet bekoren. Het leest vrij vlot, maar echt spannend is het niet, want je voelt op kilometers afstand dat het allemaal zal goedkomen. Wel kom je heel wat te weten over de leefwereld van de indianen. Bovendien heeft Niels Rood op zijn website heel wat informatie over deze mensen – die wij kennen als Sioux – opgeslagen. Ideaal dus als je een spreekbeurt wil maken. Ik ben desondanks toch wel een beetje benieuwd naar deel 2, want echte indianenverhalen vind je niet veel meer.