Sam Smith en het duivelskruid

Sam Smith zit in z’n derde jaar spionnenschool. Wanneer hij als eerste het levenloze lichaam ontdekt van de president-directeur- generaal Autumn wordt hij meteen verdacht van moord. Al snel blijkt echter dat Autumn niet dood is maar dat hij door vergiftiging in een diepe coma is beland. Wanneer er niet tijdig een tegengif wordt toegediend zal hij sterven. Het probleem is echter dat er nog geen tegengif ontwikkeld is. Sam, die vastbesloten is de dader te vatten, stuit op meer vragen dan hij kan oplossen. Gelukkig krijgt hij hulp van BBJ, een ietwat bizarre, maar bijzonder pientere eerstejaars. Wanneer de ene leerkracht na de andere bezwijkt gaat Sam over tot actie. Hij sluit niemand uit als mogelijke dader; zelfs Daphne, zijn beste vriendin, wordt door hem verdacht. Beetje bij beetje vallen de puzzelstukjes in elkaar. Zo kan Sam, met de hulp van twee medestanders, uiteindelijk de dader vatten. In vergelijking met de eerste roman in de reeks 'Sam Smith', zit dit verhaal beter en logischer in elkaar. De spanning wordt geleidelijk opgebouwd en kent hier en daar echte hoogtepunten. Opvallend is ook dat de auteur, veel meer dan in 'Sam Smith', aandacht heeft voor het decor waarin de personages vertoeven. Daardoor wint het verhaal aan sfeer en aan geloofwaardigheid. De hoofdrolspelers worden keurig getypeerd en zijn herkenbaar voor de jonge lezer. Ondanks het feit dat je het boek, mede door zijn hoog James-Bondgehalte, bezwaarlijk origineel kan noemen, blijft het toch boeien tot de laatse bladzijde. Van Jonas Boets verscheen verder nog: 'Sam Smith en de diamant van Don Carlos'.