De twee hondjes, Nero en Nina, ontmoeten in dit boekje een heleboel dieren. Dat start bij de gekende huis- en boerderijdieren als koe, hond, schaap, paard, varken, cavia, enz. Gelukkig blijft het niet tot deze dieren beperkt, maar krijgen we ook dieren als een das, marmot, wasbeer, octopus, flamingo en nog veel meer te zien. Dat maakt het boekje net iets leuker dan andere dierenwoordenboekjes. Wel blijft het min of meer een standaardboek: een overzicht van prenten met daaronder de bijhorende woorden. Hier en daar duiken Nina of Nero op in de illustraties, maar ze staan duidelijk op de achtergrond. De tekeningen zijn simpel, in grove penseelstreken neergezet en mooi van kleur. Voor het doelpubliek moet dit niet meer zijn. Een echte indeling is er niet maar toch zijn de dieren min of meer gegroepeerd per pagina. Zo vind je de huisdieren en boerderijdieren netjes bij elkaar, vervolgens de dieren die bij ons in het wild leven, dieren die in verre landen leven, de vissen, de vogels, reptielen en insecten. In dezelfde reeks verschenen eerder ook 'Nero en Nina op reis' en 'Nero en Nina thuis'.