Mijn huis is weg

Brechtje is verhuisd en kent enkel de buurvrouw en haar poes Stein. Die komt vaak bij Brechtje spelen en dat is fijn. Maar op een dag wil de poes niet terug naar huis. Brechtje loopt achter Stein aan en begint zo aan een spannende tocht in haar nieuwe buurt. Ze ontmoet buurmeisje Roos, een grijze vrouw die wel een heks lijkt en ze komt uiteindelijk terecht in het park. De weg naar huis weet ze niet meer, maar ze houdt zich flink. Tot ze het koud krijgt en er een felle wind opsteekt. Bang zoekt ze haar huis en ze loopt de lanen af. “Mijn huis is weg”, denkt ze. Als ze struikelt en haar knie bezeert, wordt ze opgevangen door Bram en Stans van de buurtwinkel. Die plakken een pleister op haar knie, en geven haar een glas sap en een koek. En – wat leuk – ze mag helpen in de winkel aan de kassa. En dan staat plots mama aan de kassa. Die is Brechtje komen zoeken, nadat Stein alleen naar huis was gekomen. 'Mijn huis is weg' is zal beginnende lezers zeker aanspreken. Het thema is heel herkenbaar en best ook wel spannend uitgewerkt. Maar vooral: het verhaal daagt jonge lezertjes uit om door te lezen. En dat is een mooie verdienste op een AVI-2-leesniveau. Vaak zijn verhalen op dit leesniveau te kort om een echte spanningsboog op te bouwen. Maar met dit boek toont Trude de Jong dat het anders kan. Bregje van den Berg zorgde voor de typische anekdotische illustraties in zachte kleuren.