Met de kat naar bed

Of ik ergens spijt van heb? Van één ding maar. Ik heb haar nooit aangeraakt. Niet één keer. (p.56) Met deze woorden besluit Mike Resnick zijn verhaal of liever het verhaal van Ethan Owens, een verstokte vrijgezel. Op een avond vraagt Ethan zich af of het zijn levensdoel is om met een boek voor de haard te zitten, om te eindigen als een "eenzame ouwe vent". Een gedachte die bij hem herinneringen oproept aan een boek dat hij in zijn kindertijd heeft gelezen. Een boek dat hem ook nu nog kan inspireren en passioneren. In die mate dat hij zijn eigen zoektocht begint naar de schrijfster ervan. Algauw loopt die zoektocht in mineur af, wanneer blijkt dat zij reeds voor zijn geboorte is overleden. Ethan weet dan ook niet wat hij ervan moet denken als ze op een avond bij hem op de veranda zit, sprekend, schommelend, lachend, levend. Of niet? Met een natuurlijke evidentie slaagt Resnick erin dit weinig tot de verbeelding sprekende verhaal levend te houden. In 56 bladzijden zegt hij tegelijk erg weinig en erg veel, maar hij slaagt er wel in om een doorsnee verhaal (mens spreekt met geest) op te tillen naar een hoger niveau dankzij een erg aangename, suggestieve schrijfstijl. Het open einde draagt alleen maar bij aan de kwaliteit van dit kortverhaal. Gezien de thematiek -een man van middelbare leeftijd die al zijn dromen heeft opgegeven- lijkt me dit eerder een boek voor (jong)volwassenen dan een jeugdboek.