Jesse, Luna, Diego, Yves en Stella hebben elkaar leren kennen op het zomerkamp Santa Fé. Ze zijn er de beste vrienden geworden en verheugen zich erop elkaar terug te zien tijdens de kerstvakantie. Dit keer wordt het een winterkamp in Alaska. Het is er heel koud en er ligt een pak sneeuw. Het kamp is bovendien ver weg van de bewoonde wereld. Luna is blij Yves terug te zien. Tijdens het zomerkamp had ze al een speciale band met hem. Eigenlijk is ze verliefd aan het worden. Ze is dan ook heel verdrietig als ze concurrentie krijgt van Phoebe. Gelukkig kiest Yves ervoor om de eerste dag samen met Luna  erop uit te trekken op de sneeuwscooter. Onderweg vinden ze een achtergelaten lege koffer. Maar wanneer ze beter kijken, ontdekken ze een envelop. Samen met de anderen proberen ze de geheimzinnige brieven te ontcijferen. Op deze manier geraken ze met zijn vijven opnieuw verzeild in een gevaarlijk avontuur. Geleidelijk aan kom je als lezer achter de betekenis van de envelop en kom je te weten wie er allemaal naar op zoek is. Daardoor zijn er van bij het begin verschillende verhaallijnen. Deze zijn soms moeilijk te volgen door de vele namen. Je moet als lezer aandachtig blijven om te weten wie aan het woord is. Het duurt even eer je weet wat er allemaal aan de hand is met de envelop. Maar het verhaal komt goed op gang en dan ben je als lezer wel nieuwsgierig hoe dit gaat aflopen. De kinderen komen ook deze keer in een heel spannende situatie terecht. Bovendien lopen ze echt gevaar.
Het verhaal is beter te volgen dan in het vorige boek 'Het goud van de Navajo'. De spanning is beter opgebouwd en het verhaal is niet te langdradig. Centraal staat ook de ontluikende vriendschap en verliefdheid tussen Yves en Luna. Yves moet immers de dood van z'n ouders verwerken en vindt een klankbord bij Luna.