Levende bezems
Giorgio woont op het platteland in Zwitserland. Ondanks het feit dat ze hard moeten werken om het gezin goed te kunnen voeden, lijkt de jonge knaap gelukkig. De realiteit is echter anders. Giorgio’s vader wordt getroffen door heel wat tegenslagen en hij kan niet anders dan zijn zoon te verkopen aan een vreemde man. Deze koopt veel van deze jongens op om ze daarna door te verkopen aan schoorsteenvegers in Milaan. Vanaf dan krijgt Giorgio het hard te verduren. Het begint al bij de tocht naar Milaan, waar hun boot in een storm terechtkomt en veel jongens verdrinken. Giorgio redt een andere jongen en de opkoper, de man met het litteken. Toch biedt hem dat geen privileges, de man blijft hard en meedogenloos. In Milaan komt hij terecht in een familie, maar ook hier geen liefde of mededogen. Hij slaapt in een afgesloten hok en wordt nog slechter behandeld dan een straathond. De zoon van het gezin is een echte pestkop en maakt Giorgio’s leven nog ellendiger. Gelukkig is er ook nog Angeletta, de erg zieke dochter, waar Giorgio heel af en toe een praatje mee kan doen. Ze steekt hem af en toe ook nog wat eten toe, want schoorsteenvegertjes krijgen zo goed als niets te eten. Ze moeten immers mager zijn om door de schouw te kunnen en dienst te doen als levende bezems.
Wat volgt is een prachtige schets van de levensomstandigheden van deze kinderen in de negentiende eeuw. Ondanks het harde leven, vinden deze jongens elkaar in bendes, al of niet rivaliserend. Naast het verhaal loopt parallel nog de mooie vriendschap tussen Giorgio en Alfredo en de belofte die Giorgio hem doet als zijn vriend sterft. Het is een veel te zwaar leven voor deze jongens, maar gelukkig is er, als je het niet meer verwacht, nog een lichtpuntje aan het eind van de schouw ... Als je in dit boek begint te lezen, leg je het niet meer weg. Je kan niet anders dan je te laten meeslepen. Lisa Tetzner weet de emoties en de leefwereld van Giorgio zo goed op te roepen dat je regelmatig ontroerd, verontwaardigd of geschokt bent. Als lezer wens je regelmatig dat je de tijd zou kunen terugdraaien en iets aan deze vreselijke praktijken zou kunnen doen.
‘Levende bezems’ is de tiende heruitgave. Het verscheen voor het eerst in 1951, op basis van echte historische feiten en een oud document dat bij toeval ontdekt werd. Het verhaal werd in 2003 al stevig ingekort. Er werden vooral lange beschrijvingen uitgehaald, lange zinnen werden opgesplitst en het taalgebruik werd gemoderniseerd. In het boek is ook een korte biografie van de auteur opgenomen. Bij het begin van elk hoofdstuk is er een kleine zwart-witillustratie, die bij het verhaal past. Dit boek verdient een plaats in de rij van de klassiekers. Het laat een diepe indruk na en het is een boek waarvan je weet dat je het later nog eens zal lezen. Aanrader!