Leerling van de kraai

Het hoofdpersonage in ‘Leerling van de kraai’ is de elfjarige Jack. Het duurt even voor de lezer doorheeft waar en in welke historische periode Jack en zijn familie thuishoren. Met de hulp van de extra kaarten en de appendix wordt na enkele hoofdstukken toch duidelijk dat ze Angelsaksers zijn, die in het noord-westen van Engeland leven ten tijde van de invallende Noormannen. Jacks ouders zijn arme boeren, die een hard bestaan kennen maar op een dag vraagt de plaatselijke bard of de jongen bij hem in de leer wil komen en dat is wel heel speciaal. De bard geniet een bijzonder aanzien bij de dorpelingen: "er werd gefluisterd dat hij vijanden krankzinnig kon maken door op een strosprietje te blazen. Hij wist hoe je de noordenwind opriep en hij praatte met kraaien." (p. 18) In de wereld van Jack is magie nooit ver weg. De mensen delen hun wereld met trollen, kobolden, ijsreuzen en draken en deze magische wezens leven niet enkel in de verhalen die de ronde doen maar maken werkelijk deel uit van het universum. Bij de bard leert Jack hoe hij de ‘levenskracht’ van de aarde kan aanwenden om de duistere krachten af te wenden. Jacks meester is vooral beducht voor een aanval van boosaardige trollen, maar de werkelijke dreiging blijkt niet van bovennatuurlijke elementen te komen, wel van bendes stropende Vikings die de kusten van de Britse eilanden terroriseren. De Noormannen verwoesten het klooster op Holy Island dat vlak voor de kust van Northumberland ligt en wanneer ze daar alles in brand hebben gestoken en iedereen vermoord hebben, zakken ze af naar het vasteland om daar hun plundertocht voort te zetten. Op advies van de bard die de aankomende moeilijkheden voorzien heeft, is de hele dorpsgemeenschap in het woud gevlucht, maar Jack en zijn zusje Lucy zijn niet snel genoeg en worden gevangen genomen. Op het schip van Olaf-Een-Brauw worden ze naar het noorden gebracht. De vikings zijn bijzonder geïnteresseerd in de krachten van de jonge bard en ook zijn dichtkunst weten ze te appreciëren. Op Jacks schouders rust een zware verantwoordelijkheid. Hij moet proberen om zijn zusje veilig weer naar huis te brengen. Bij de vele avonturen die hij moet doorstaan, heeft hij een trouwe metgezel: een eenzame kraai, die in het begin van zijn gevangenschap op zijn schouder is neergestreken en die hem van dan af trouw blijft volgen. Het duurt wel even voor de lezer zich aangesproken weet door deze roman. Vooral de vermenging van realistische en magische elementen werkt aanvankelijk wat storend. Wanneer men dit echter aanvaardt, blijkt 'Leerling van de kraai' een meeslepend verhaal. De Nederlandse vertaling vertoont enkele vertaalfouten (bijv. op p. 223: "je raad nooit"), maar het verhaal leest vlot en is spannend geschreven. ‘Leerling van de kraai’ is een dikke turf van vierhonderd pagina’s maar het boek biedt vele uren leesplezier voor wie graag leest.