Krieltje Kakelkont

Krieltje Kakelkont is het jongste kuiken van Roester en mevrouw Kakelkont en een buitenbeentje tussen zijn brave broertjes en zusjes. Hij is een echte wildebras, een vat vol deugnieterij en samen met zijn vriendinnetje Tiki altijd op zoek naar avontuur. Zo ontdekken ze een schuurtje waar overheerlijke rijpe pruimen opgeslagen liggen en vuurpijlen. Als grap laat Krieltje één van de pijlen ontploffen in het hoenderhok en dat levert hem een nachtje alleen in de Holle Wilg op. Vanuit die muffe boom ziet Krieltje ’s nachts een schim rond het hoenderhok sluipen. Het is Siebert Vos, op zoek naar een mals kippetje. Krieltje slaagt erin om de laatste vuurpijl naar Siebert af te schieten en de kippen voorgoed van de sluwe vos te verlossen. Krieltje is niet alleen een deugniet maar ook een echte held! De auteur neemt ons mee naar het kippenhok, laat er kippige, spitsvondige dialogen horen en een spannend avontuur plaatsvinden. Kortom, dit verhaal heeft De-Belkenmerken die fans niet vreemd zijn: een eenvoudig verhaal in een vlotte taal, gekke gebeurtenissen die zich zonder te veel boe of ba gestaag aaneen rijgen, 34 korte hoofdstukjes die prima voorgelezen kunnen worden, maar ook makkelijk zelf te lezen zijn vanaf de tweede klas, verlucht met lollige zwart-wittekeningen. Resultaat is een grappig verhaal waar ‘De-Belfans’ van zullen smullen, maar dat weinig vernieuwende elementen vertoont. Het boek werd immers geschreven op verzoek van de stad Deinze die om de vijf jaar de ‘stoet van Canteclaer’organiseert en die deze optocht en ode aan de kip en het ei wilde opluisteren met een nieuwe reus: Krieltje Kakelkont.