ik zie, ik zie...

Bij een boek dat start met de zin "Edmund Cooper, FBI-agent, staat aan ..."  ben ik geneigd om al direct af te haken. Weer een boek over FBI-agenten: een realiteit die niet Belgisch en sowieso al heel ver van mijn bed is. Toch ben ik blij dat ik verder gelezen heb. Deze thriller voor young adults is best spannend. In dit boek moet een moordzaak opgelost worden met de hulp van een andere seriemoordenaar. De moordenaar blijkt veel jonger dan gewoonlijk en daarom werd de hulp van twee studenten ingeroepen. Travis is zoon van een voormalige, geroemde FBI-agent en Emma was zelf slachtoffer van een seriemoordenaar. Op deze manier vindt de schrijver meer aansluiting bij de leefwereld van jongeren.

Het is geen detective, want we weten al snel hoe de dader heet. Er is wel een mooi opgebouwde spanning en een accurate psychologisch diepgang bij de verschillende personages. Het hoofdpersonage Emma en de seriemoordenaar Simon Gutmunsson zijn twee goed uitgewerkte karakters. Zo krijg je meteen een heleboel forensische psychologie mee over het profiel van de seriemoordenaar en de problemen waarmee slachtoffers achteraf nog vaak te maken krijgen.

Wat vooral opvalt aan dit boek is dat er geen grote sprongen in de tijd worden gemaakt; niet vooruit en niet achteruit. Ook zijn er geen drastische perspectiefwissels tussen de personages. Af en toe krijg je een stukje van de dader zijn beleving. Meestal krijg je een vertelling vanuit Travis of Emma. Daarbij merk je dat Emma centraal staat, ook bij de stukken die uit Travis' perspectief zijn geschreven. Ik heb deze afwisseling wel wat gemist, maar misschien is dit eerder gewoonte dan noodzaak.