Ik zie ik zie

Sluit je ogen en stel je voor dat alles stil is, sluit je ogen en stel je voor dat alles gestapeld is, sluit je ogen en stel je voor dat alles verbloemd is. Vijftien keer krijgt de lezer een gelijkaardige boodschap en vijftien keer wordt ook getoond hoe alles stil of gestapeld of verbloemd of te duur of kunstig ... eruit kan zien.
De schaarse tekst in dit prentenboek staat telkens op de linkerpagina in zachte pasteltinten; op de rechterpagina tekende illustratrice Leen Vanbroekhoven iedere keer bijna dezelfde stad maar dan aangepast aan het voorgestelde thema. Het fietskot evolueert ondermeer naar ladderkot, graskot, botenkot en spookkot.
Het is niet gemakkelijk om een doelpubliek te bepalen voor 'Ik zie, ik zie'. De tekst is bijzonder eenvoudig, maar de aangebrachte begrippen zijn dat niet. De tekeningen in zwart-wit met enkele kleine kleurnuances zijn allemaal kleine kunstwerkjes maar vragen ook een geoefend en geduldig oog. Voor heel jonge kinderen zijn de tekeningen wellicht te klein, bevatten ze te veel details en zijn ze ook inhoudelijk hoog gegrepen.
Dit is eerder een boek voor oudere kleuters (vanaf vijf jaar) om samen met mama en papa te verkennen en aan te vullen met de eigen fantasie.