Ik heet geen Scheetebeetje!

Een hondje begrijpt maar niet waarom haar baasje haar niet als een gewone hond behandelt. Ze is dan wel klein, maar dat wil niet zeggen dat ze stom is of kroezelig, poezelig of gestoord. Ze voelt zich een gewone, echte, modderspringende, stokkenjagende hond. Toch schept haar baasje "de meest gênante dingen" die ze ooit heeft gezien in haar voederbak: hartvormige Mini Puppy koekjes! Alsof dat nog niet genoeg is, geeft haar baasje haar in het bijzijn van andere honden koosnaampjes waardoor ze zich onbenullig gaat voelen. De ene keer is dat ‘braaf gotenschijtertje’, de ander keer ‘kleinste konijnenboutje’ of zelfs ‘scheetebeetje’. Zo ongelukkig dat ze hier van wordt, ze is vast de enige hond die dit allemaal moet verdragen. Of ... toch niet?
Dit is een buitengewoon grappig prentenboek. De voorplaat alleen al zet de toon: hondje met grote rode strik en een blik van ‘moet dit nu echt?’ wordt opgepakt en gezoend door een keurig bazinnetje. De coverillustratie is heel aantrekkelijk omdat die volledig in spotvernis op een lichtgroene achtergrond werd afgedrukt. Ik kan niet wachten om dit verhaal van Sean Taylor te kunnen voorlezen. Ik zie de gniffelende gezichtjes al voor me wanneer ze die speciale koosnaampjes horen. Die zijn overigens weer goed uit het Engels vertaald door Jesse Goossens. De komische tekeningen van Kate Hindley maken het helemaal af. Dit wordt een voorleeshit!