Het meisje dat door niemand werd gezien
De dertienjarige Puja verbergt de helft van haar gezicht onder een hoofddoek, opdat niemand haar moedervlek zou zien. Praten doet ze nauwelijks en ze houdt heel erg vast aan routine. Wanneer ze uitgehuwelijkt dreigt te worden, vlucht ze van India naar Sri Lanka waar ze in een kraakpand woont en al bedelend overleeft. Wanneer ze in contact komt met de bloemenkweker Gakpo bloeit ze helemaal open.
De boodschap dat iedereen oké is zoals hij of zij is, dat je je onvolmaaktheden mag omarmen en vol zelfvertrouwen in de spiegel kijken, is zeer waardevol voor kinderen op de drempel van hun puberteit. Maar in dit boek krijg je alles wel bijzonder expliciet voorgeschoteld. Een voorbeeld: “Sinds ze de gelijkenis met haar moedervlek had gezien, voelde ze zich verbonden met deze bijzondere bloemen. Het was net alsof de kadupul zich ook niet ten volle durfde te laten zien, doordat ze alleen ’s nachts openging. De bloem verstopte zich voor de mens, net zoals zij dit al jaren deed.”
Ook het verhaal is wel mooi, maar helaas nogal eens ongeloofwaardig: Puja’s reis als verstekeling bijvoorbeeld, die in twee paragrafen is afgehaspeld; haar relatie met meneer Gakpo, waar bij de eerste ontmoeting al ontboezemingen op tafel komen; of ook de wel bijzonder verwelkomende reactie van Puja’s nieuwe klasgenoten. Maar op zo’n 50 pagina’s is natuurlijk weinig ruimte voor nuance. De illustraties in een zeer aantrekkelijk kleurenpalet ogen wat kinderlijk, en missen gezichtsuitdrukking.