In deze dikke voorleesbundel zijn negen verhalen van Liselotje gebundeld. Elk verhaal staat op rijm en begint met: "Liselotje is een meisje en ze woont in een paleisje in een land hier ver vandaan waar heel veel paleisjes staan." Liselotje heeft, prinsesje zijnde, altijd een kroon op haar hoofd en haar mama en papa zijn gekleed als koning en koningin. De andere personages zijn gewoon. In het eerste verhaal leert ze op het potje te plassen. Vervolgens is ze jarig, gaat ze naar de speelzaal(of een peuterklasje bij ons). Dan gaat ze logeren bij oma, en opa natuurlijk. Ze krijgt een vriendje en die heet Basje: "En vandaag komt kleine Basje met zijn knuffel en zijn tasje en een trommeltje met koek. Kleine Bas komt op bezoek." Liselotje en haar vader krijgen een fiets. Ze krijgt een rode "met extra wieltjes van opzij". Liselotje groeit doorheen de verhalen. Ze leert zwemmen met de koning (vader) en die is veel banger dan zijn dochter, maar op het eind "... krijgen ze een diploma en een dikke kus van oma en ze geeft hun allebei er een mooie duikbril bij." Omdat de speelzaal vrij heeft, gaan Liselotje en haar ouders kamperen. In het laatste verhaal krijgt Liselotje een zusje, maar zij en haar papa weten eerst niet hoe mama aan zo'n kogelronde buik komt. Naïviteit die kleuters maar wat graag zullen doorprikken! En zo komt het dat papa haar wakker maakt: "Want er woont in dit paleisje voortaan nog een leuk klein meisje. En ze lijkt precies op jou. Ze heet Roosje - kom maar gauw." Positieve, eenvoudige verhaaltjes die inspelen op de kinderlijke fantasie. Het kinderlijke gedrag van de koning -zo typisch voor de Liselotje-verhalen- zal voor extra hilariteit bij het voorleespubliek zorgen. En al moet het rijmen af en toe een handje geholpen worden, het leest lekker voor en kinderen kunnen snel de rijmwoorden raden en meelezen. De illustraties sluiten mooi aan bij de verhaaltjes.