Het alfabet van Candice Phee

Candice Phee is een buitenbeentje en dat maakt ze meteen duidelijk: "niemand ging ooit uit vrije wil naast mij zitten." Voor haar rijke oom Brian is ze net heel bijzonder: "Dat je alleen naar je eigen pijpen danst." "Jij ziet de wereld anders dan wij allemaal." Alles wat ze doet, doet ze heel zorgvuldig, ze vermijdt wat ‘ontregelend’ is, stelt voortdurend vragen en is verzot op het woordenboek. Dat verklaart ook waarom ze zo vaak moeilijke woorden gebruikt als ‘cynisme’, ‘mystiek’ of ‘epifanie’. Haar passie voor het woordenboek daagt meteen de lezers uit betekenissen op te zoeken. Praten doet Candice niet graag, ze schrijft de dingen liever op en communiceert vaak in briefjes. Autistisch is ze volgens zichzelf echter niet: "Nee, ik ben ik."

Candice Phee is een bijzonder personage, maar wat het boek het aantrekkelijkst maakt is haar unieke relatie met Douglas Benson, een nieuwe jongen in de klas die haar onbevooroordeeld tegemoet treedt: ‘”Jij bent een rare hè”, zei hij. “Ja,” zei ik. “Absoluut”. “Dat geeft niks”, zei Douglas. “Ik ben ook een rare.” Douglas vertelt dat hij uit een andere dimensie komt. Zijn ouders zijn dan ook nep en het liefste wil hij naar die andere dimensie terug door uit een boom te springen. Candice is oprecht bezorgd. Dat is ze trouwens ook voor de andere mensen om zich heen: haar moeder komt nog nauwelijks uit bed na de dood van haar tweede dochtertje en haar vader sluit zich op in zijn werk en is verbitterd door een conflict met zijn broer. Candices grootste wens is het leven voor iedereen mooier te maken. Koppig zet ze door, ook als haar plannen al eens compleet mislukken. Dat maakt dat de lezer onvoorwaardelijk sympathie voor haar opvat. Daarbij biedt niet alleen haar gedrag maar ook haar taal geregeld een andere kijk op de werkelijkheid met uitspraken als "In mijn ervaring is “o” een nuttig woordje dat zwaar onderschat wordt."

Candices verhaal lijkt loodzwaar, maar haar ongewone kijk op de dingen, de verfrissende vragen die ze stelt en de aparte humor maken het geheel lichter. Die bijzonder mix van ernst en lichtvoetigheid had nog sterker gekund als de auteur de centrale verhaallijn strakker in de hand had gehouden. Het nevenverhaal met de populaire Jen, die uit een probleemgezin blijkt te komen waar ‘alles shit’ is, draagt te weinig bij aan het eigenlijke verhaal en de relatie tussen Candices ouders blijft te oppervlakkig uitgewerkt. Op het eerste gezicht lijkt ook het slot goedkoop, maar het happy end past wel perfect bij Candice of zoals ze zelf stelt: "Ik vind het geweldig als alles op zijn plek valt."