Gevonden

Frietje is een meisje dat alle zielige diertjes op haar pad mee naar huis neemt. Een zieke schildpad, een hond vol luizen of een muis met een geknakte staart? Als het iets gebroken heeft, verlaten lijkt of er gewoon heel troosteloos uitziet: ze ontfermt zich over alles. Het is dan ook niet verwonderlijk dat ze een oudere man, die er verward en verloren uitziet, aanspreekt en meeneemt naar huis. Ze noemt 'm Meneer Fritz, want zijn naam weet hij niet meer. En herinneringen van voor hun ontmoeting ook niet. Vastberaden om te helpen, neemt ze met Meneer Fritz het heft in eigen handen: er zal toch íemand op zoek zijn naar deze lieve opa?

Dit boek is er eentje die "hartverwarmend" uitschreeuwt: en dat kan je bijna letterlijk opvatten – kleine Frida (Frietje voor de vrienden) meent het allemaal zo goed, dat ze soms best luid uit de hoek kan komen wanneer iemand onrecht lijkt te worden aangedaan. Zo komt ze soms in de problemen, maar gelukkig zijn haar ouders er altijd om haar te helpen en te ondersteunen – hoe kwaad kan je uiteindelijk zijn op iemand die alles goed bedoelt? En toch kan je tussen de helpende bedoelingen van Frida door een best wel avontuurlijk verhaal lezen, en vergeef je snel haar naïviteit. Al gauw toveren zowel Frietje als Meneer Fritz een glimlach op je gezicht. 

De hoofdstukken zijn kort, en eindigen vaak in een cliffhanger. De teksten zijn verhalend, met net genoeg uitwijdingen om de karakters te leren kennen, zonder dat het saai of langdradig wordt. Voor jonge lezers is het best een dik boek, maar daar merk je helemaal niets van! De lichtzinnigheid van het verhaal, de warmte die alles uitstraalt en de uitgebalanceerde teksten maken dit ongetwijfeld een hit, zelfs voor wie minder graag leest. 

Je gaat bijna hopen dat meneer Fritz zijn geheugen nooit meer terug krijgt — kunnen we hem houden, alsjeblieft?