Geen stap terug

Dit verhaal loopt van 23 augustus 1942 tot 2 februari 1943. Het gaat over de laatste stuiptrekkingen van de Duitsers in Rusland en de verwoesting van Stalingrad. De drie protagonisten vertegenwoordigen de betrokken partijen. Friedrich is een Duits soldaat, 19 jaar. Hij is de zoon van een majoor maar anders dan zijn vader helemaal niet oorlogsgezind. Als zoon van… wordt hij tegen zijn zin bevorderd tot luitenant. In die leidinggevende functie bakt hij er niets van, daarvoor is hij te gevoelig en twijfelt hij teveel. Uiteindelijk zal hij alleen overblijven van zijn eenheid. Lena, ook 19, is Russische. Ze wil iets doen voor de bevrijding van haar vaderland: ze wil het verschil maken. Ze biedt aan om de gevechten te volgen als journaliste. In die functie ontmoet ze Friedrich. En al moest hij eigenlijk de vijand zijn, Friedrich beantwoordt niet aan het vijandsbeeld. Ze neemt ook de zorg op voor twee kleine jongens: Dmitri en zijn babybroertje Nikolaj. Dmitri is 9 jaar. Hij verloor zijn moeder en zijn beste vrienden en bleef alleen achter met zijn babybroertje. Hij hoopt zijn vader weer te zien. Maar Lena die voor hen zorgt, was getuige van de executie van de vader van de twee jongens door de politieke commisarissen, een soort spionnen van Stalin. Op zijn zoektochten naar voedsel komt Dmitri ook in contact met Friederich. Het verhaal wordt beurtelings verteld vanuit het standpunt van een van deze drie. Er staat ook een datum bij. Deze indeling geeft het verhaal een duidelijke structuur. Het boek schetst een goed beeld van de verwoesting en de hopeloze bezetting van een stad in een ijskoude winter. Soldaten en burgers zijn kanonnenvlees, hun leven heeft geen waarde. Soms verliest de auteur zich teveel in details. Op andere momenten maakt ze te grote sprongen, wat het verhaal voor onervaren lezers dan weer moeilijker te volgen maakt. Maar over het algemeen is dit een zeer verdienstelijk werk gezien de leeftijd van de auteur. Ze beschikt over schrijftalent.