Engelenmoord

In 'Engelenmoord' combineert Wendy Stroobant een spannend historisch verhaal met een niet alledaags thema: het gevangenisleven in de negentiende eeuw.
Het gezin van Louise verhuisde naar een nieuw huis, naast de gevangenis waar haar vader directeur is. Samen met haar broertje Emiel, een fragiel kind dat in zijn eigen fantasiewereld leeft, probeert ze de vaak saaie dagen door te komen. Tot ze op het idee komt om met haar gloednieuwe camera niet meer te gaan voor stillevens, maar het echte leven te fotograferen. Ze gaat op zoek naar modellen en ziet in de tuinman, een zwakzinnige gevangene, een erg geschikt eerste ‘slachtoffer’. Maar dan moet ze eerst langs haar vader, want meisjes met fatsoen fotograferen geen gevangenen.
Ze leert ook de knappe Filip Van Merode kennen op het burgemeestersbal, die, raar maar waar, alleen maar oog heeft voor de gewone Louise. Geleidelijk aan komt ze te weten waar die mooie man zich mee bezighoudt. Hij onderzoekt of men aan de gelaatstrekken van een persoon kan zien of hij een misdadiger is.
Op zich wordt Louise niet afgeschrikt door dit idee, maar tijdens een séanceavond maakte ze kennis met de Russische familie Romanenco, wiens zoon onterecht in de gevangenis zit. De geest van hun dochter Olga blijft haar nadien achtervolgen. Ze dwingt haar om één van de gevangenen te redden. Wanneer Louise haar neus iets te diep in papa’s zaken steekt, gaat de bal aan het rollen.
Met dit boek is Wendy Stroobant al toe aan haar zesde historische roman. Ze slaagde er ook dit keer in, mede door de intrigerende setting van een gevangenis, om een interessant en spannend verhaal neer te pennen. De personages zijn stuk voor stuk zeer goed uitgewerkt. Stroobant beheerst het concept spanning perfect; ze weet wanneer een tipje van de sluier opgelicht moet worden. Ondanks de aanwezigheid van fantastische elementen verliest dit verhaal zijn geloofwaardigheid nooit.
Een boek dat je niet loslaat vanaf de eerste bladzijde.