Deze mooi ogende encyclopedie gidst je doorheen de geschiedenis van de ruimtevaart, van de eerste raketten en satellieten tot een gedetailleerd overzicht van de huidige ruimtevaartprogramma’s en het leven in de ruimte in een ruimtestation. Uiteraard kom je ook heel wat te weten over de ruimte zelf, omdat observeren en onderzoeken van het heelal tenslotte het doel is van het verkennen van de ruimte. Schitterende foto’s en schematische illustraties worden afgewisseld met korte stukken tekst in een duidelijke begrijpbare taal. Het onderwerp is opgesplitst in 39 hoofdstukjes die telkens een dubbele bladzijde beslaan. Door de veelheid van informatie komt de bladspiegel soms wat druk over, hetgeen nog versterkt wordt doordat de grootte van het lettertype steeds verandert. Achteraan in het boek bevindt zich een naslaggedeelte met een tijdlijn, kaarten waarop de maan- en Mars-landingsplekken zijn aangeduid, ruimtevaartbiografieën, een verklarende woordenlijst en register. Een niet echt dure uitgave; zeker een must voor al wie gebeten is door het ruimtevirus en in elk geval geschikt als je een werkstuk over het onderwerp voorbereidt. Door het ‘van het boek naar het web en weer terug’-concept vind je buiten het boek trouwens nog veel meer informatie terug. In het boek staat bij elk hoofdstuk een lemma dat je kan gaan opzoeken op de daarvoor speciaal ontworpen website van de uitgeverij www.winklerprins.com/encyclopedie (het opgegeven webadres werkt niet, je geraakt er alleen door door te klikken via de homepage). Als bezoeker krijg je dan een aantal onderwerpen die naar achterliggende sites linken. Daar kan je dan verdere informatie terugvinden, beelden downloaden of nog verder doorklikken. Voor sommige opgegeven zoekwoorden krijg je echter geen resultaat en krijg je wel resultaat, dan werken bepaalde van de opgegeven links niet. Dat werkt al vlug frustrerend. Bovendien heb je, wanneer je door dit interessante boek bladert, niet zo dadelijk zin om even geboeid achter je computer te kruipen en op het web te gaan surfen. Allicht spreekt dat gedeelte jongeren juist wel aan.