De tandenslager

Dit is het derde boek dat Ruth Verstraeten schrijft over kinderangsten. Deze keer is de tandarts aan de beurt. De stijl waarin ze dit doet, kennen we al van bij haar vorige boeken. Aan dat concept is niets verandert. Voor de illustraties is Eva Mouton echter wel vervangen door Annelies Vandenbosch. Deze dame doet wat van haar verwacht wordt. De stijl is nog steeds schreeuwerig met overdreven expressie. Nu is geel gekozen als enige kleur die in dit boek mag voorkomen, wat ik al meer kan appreciëren als het fluo-groen uit Tante Teefje. De illustraties komen daardoor meer tot z’n recht en zou ik soms zelfs grappig durven noemen.

Het rijm in het boek leest vlot, maar om dat te bereiken lijken er toch een heleboel woorden te veel in het boek gesleurd te zijn. Daardoor krijgen we veel tekst te lezen. Er worden naast het verhaal te veel anekdotes bij gesleurd om het hoofdpersonage te leren kennen. Zij is natuurlijk een brutaal meisje – wat had je verwacht? – maar durft niet naar de tandarts. Dat lost ze op haar eigen manier op, door een rugby-pak met bijhorende helm aan te trekken. Toch valt ze nog flauw bij de tandarts, en wanneer ze bij komt is haar tand getrokken. Erg bemoedigend voor kinderen die bang zijn van de tandarts lijkt me dat flauwvallen niet. Pedagogisch lijkt me dat je hier meer had kunnen uithalen wanneer je toch expliciet stelt dat je eigentijdse boeken rond angsten wil schrijven.

Impliciet wordt er ook een link gelegd tussen ondeugend zijn en slecht je tanden poetsen. Naast het feit dat dat wat ver gezocht is, lijkt het me dat kinderen die nu eenmaal slechte tanden hebben zich niet willen identificeren met het hoofdpersonage. Kinderen die haar wel een coole griet vinden, zullen het moeilijker hebben om te blijven zitten tot het hele verhaal gelezen is. Minder tekst bij dezelfde tekeningen zou dit boek toegankelijker maken.