De rode halsketting

Yann is een zigeunerjongen met twee buitengewone gaven: hij kan gedachten lezen en buikspreken. Tétu, die hem vanaf zijn babytijd heeft opgevoed en beschermd, treedt op als assistent van de goochelaar Topolain. Samen met de houten buiksprekerspop treden ze op in kleine theaters maar ook in kastelen. De adel is gek op dit soort voorstellingen. Wanneer ze bij de markies De Villeduval mogen optreden maken ze kennis met Sido, zijn dochter, en graaf Kalliovski. Bij Tétu breekt het angstzweet uit want hij herkent de graaf als moordenaar; hij is duivels slecht, een echt beest. Na de voorstelling doodt de graaf Topolain. Yann en Tétu vluchten voor hun leven. Tétu wordt onverwacht beschoten en Yann vlucht alleen naar Londen. Graaf Kalliovski zal niet rusten voor hij Yann en Tétu kan doden want hij aast op de erfenis van de dochter van de markies De Villeduval. Yann keert na drie jaar terug uit London met als enige doel Sido te redden uit de handen van de graaf. Het verhaal speelt zich af in Parijs in 1789, in tijden van oproer. De schrijfster schetst een treffend beeld van Parijs aan de vooravond van de Revolutie. De burgers komen in opstand want het volk lijdt honger en de adel leeft in de grootste decadentie. De koning en zijn ministers worden opgesloten en vermoord. De schrijfster is erin geslaagd het leven in Parijs en in de kastelen boeiend te beschrijven. De schrijfstijl is vlot en houd je in de ban van het begin tot het einde.