De haas met de grote voeten
Hero is een heel kleine haas met heel grote voeten. Wat moet hij daar toch mee? Gelukkig is er grootvader voor wijze raad. Hij leert Hero dat alle hazen grote voeten hebben. Waarom? Dat laat hij Hero aan den lijve ondervinden. Ze springen om ter hoogst (waarbij grootva’s oren de bladrand raken), beklimmen bergen (waarbij Hero’s voetzolen groter lijken met elke stap), rusten in de schaduw van hun eigen voeten (hun hoofden liefdevol tegen elkaar) en tussendoor laten ze de wind hun snorharen kietelen (die van grootvader vol krulletjes van ouderdom). Maar dan verschijnt de wolf. Hij werpt een grote donkere schaduw over het blad. Het is tijd voor de laatste les: voeten dienen om héél snel te rennen en te blijven rennen. Ook als grootvader niet kan volgen. Heel even aarzelt Hero - voor het eerst ziet hij er echt heel klein uit - , maar dan is hij weg. Springend door een bloemenzee in een helgeel licht is hij niet langer een heel kleine haas, maar hij heeft nog wel zijn heel grote voeten. Catherine Rayner weet de essentie van het groot worden te vatten. Het los laten en los komen. Ze doet dit met weinig woorden en sobere maar heerlijk sprekende tekeningen. Het maakt haar boek erg fijngevoelig, bijna poëtisch. De nieuwsgierigheid van Hero is zo herkenbaar. Het plezier waarmee hij leert, werkt aanstekelijk. De aandacht van de wijze grootvader is ontroerend mooi. Dit is een verhaal over het leven, voor het leven.