De geluksplukkers

Wie wil nu niet als prinses door het leven stuiteren. Neem daar nog bij dat je alles mag doen wat je wil, er geen verplichtingen zijn én je gewoon helemaal jezelf mag zijn. Prinses Willemijn leeft samen met haar vader en koning Troebedoer in het land Lespelein waar alles van een leien dakje loopt. Een paradijs waar Willemijn zorgeloos mag leven en spelen met vriendin Gwendolien. Maar ook koningen sterven, zo ook de vader van Willemijn. Ze schrijft hem brieven en bij wonder krijgt ze een brief terug … uit de hemel! Brieven worden heen en weer geschreven waarin de vader van Willemien laat weten dat ze niet droevig hoeft te zijn. Integendeel, Troebedoer moedigt zijn prinses aan om haar hart te volgen en gelukkig te zijn. Het boek heet niet voor niets ‘De geluksplukkers’. Willemijn wordt koningin en vraagt Gwendolien om haar koningin te worden. Hun liefde wordt in brieven naar elkaar beschreven en samen vinden ze geluk: bij elkaar én als stoere koninginnen.

“Doe waar je hartje blij van wordt, dan maak je je leven mooi”, een mooiere openingszin kan het boek zich niet wensen. ‘De geluksplukkers’ start als een verhaal om bij weg te dromen. Een sprookje zoals we al vaker gelezen hebben, maar dan in een kritisch jasje. Dat prinsessen niet noodzakelijk jurken hoeven te dragen, heeft Ingrid Vandekerckhove goed begrepen. De rebellie van de personages doet glimlachen, de jeans en gympen van Willemijn maken het af. Daarbovenop spat de verliefdheid tussen de twee meiden ervan af. De goed geschreven passages zorgen ervoor dat je hun relatie alleen maar kunt toejuichen. Een mooi staaltje van wat liefde hoort te zijn, weg van alle clichés. Meteen de beste passage van het boek. Waar het boek écht om draait, is om geluk zoeken, ook na de dood van een dierbare. En daar schiet het verhaal tekort. Het schrijven van brieven naar overledenen kan helpen om met verdriet om te gaan en los te laten. Dat Troebedoer een brief terugschrijft, doet afbreuk aan het verhaal en is teleurstellend. Laten we onszelf niet voorliegen dat we morgen een brief krijgen vanuit de hemel, dat lijkt weinig waarschijnlijk. Het boek laat de kans liggen om op een moedige manier met verdriet om te gaan, om de ongrijpbare emoties die met verlies gepaard gaan te exploreren. Niet meteen een boek om aan kinderen te geven die ouders of grootouders verliezen. Prinses Willemijn vindt opnieuw geluk over de dood heen en dat is bewonderenswaardig, maar wat als we geen brieven uit de hemel ontvangen?

De dood van Troebedoer zorgt voor een plottwist, maar een échte meerwaarde biedt de plottwist niet. ‘De geluksplukkers’ is een simplistische voorstelling van hoe kinderen met rouw en verdriet omgaan. Niettemin start en eindigt het boek goed met liefde tussen twee straffe madammen. Een sprookje met plukjes geluk, daar wordt het hart blij van, maar het slaagt er niet in daar bovenuit te stijgen.