De dief en de magiër

De kaft sprankelt niet meteen, de titel getuigt ook niet meteen van een zinderende originaliteit en de vermelding ‘Steel nooit van een magiër!’ op de kaft bezorgt ons geen acute drang om dit boek ogenblikkelijk open te slaan. En da’s een tikkeltje jammer, want dit boek biedt aangenaam leesvoer. De belevenissen van het straatjochie annex zakkenroller Rafi werden met vlotte pen aan het papier toevertrouwd. Doordat hij de magische steen van de oude tovenaar Nimmeral wou stelen, ziet Rafi zich tegen wil en dank gebombardeerd tot tovenaarsleerling. Het sjofele en verfomfaaide ventje blijkt immers over onvermoede magische krachten te beschikken die de tovenaar helpen in zijn strijd tegen de teloorgang van de magie in de stad Wellekom. Diverse kleurrijke figuren zoals de angstaanjagende tovenaarsknecht Bennet, die eigenlijk een hart van goud heeft, en de ietwat excentrieke hertoginnendochter Rowan geven extra kleur aan het verhaal. De karakters worden duidelijk neergezet en hebben allemaal hun geheimzinnige kantjes, wat het verhaal ten goede komt. Resultaat: goed zonder meer. En daar is niks mis mee, integendeel. Elke tienjarige die een ietwat spannend verhaal met humoristische trekjes zoekt, wordt met dit eerste deel op zijn wenken bediend.