Dansen met de Wind
De twaalfjarige Sanne is smoor op Thijs, de knappe blonde jongen van haar klas. Dat hij niet hoort, doet er niet zo toe. Hij heeft bijzondere talenten: hij kan liplezen en spreekt gebarentaal. Er belooft zoveel spannends te gebeuren. Sanne kijkt er ontzettend naar uit om die momenten te benutten waarop ze dichter bij Thijs kan raken. Dan besluit Sannes vader plots om elk weekend te gaan onthaasten in grootvaders oude huis aan zee. Zonder wifi. Enkel wind. En een vliegeraar. Sannes wereld stort even in. Onverwachte gebeurtenissen brengen haar plots toch dichter bij Thijs en er verschijnen veel hartjes op het schermpje van haar gsm. Maar dan slaat het noodlot toe.
‘Dansen met de wind’ is een leuke vlot lezende jeugdroman, waarin de auteur erin slaagt zich volledig in te leven in de leefwereld van eigentijdse tieners. Ze illustreert de diversiteit zo subtiel, dat je er nauwelijks bij stilstaat wat een mooi staaltje van inclusie hier voor je ligt. Het talent voor liplezen en gebarentaal primeert op de problematiek van het niet horen, zonder betuttelend te worden. Bovendien integreert de auteur subtiel het verschil tussen de Nederlandse en de Vlaamse gebarentaal. Alleen jammer dat de illustraties van de gebaren van mindere kwaliteit zijn. Na het lezen van het boek, is je nieuwsgierigheid hiernaar enorm geprikkeld.