Beer houdt niet van bezoek en dat maakt hij duidelijk met een bordje op de deur. Maar daar trekt de kleine muis zich niets van aan. Ondanks de terugkerende afwijzingen van Beer slaagt de muis erin om keer op keer het huis van Beer binnen te dringen. Langzaamaan weet hij Beers verlangen om met rust gelaten te worden om te buigen. Zo ver zelfs dat Beer uiteindelijk zijn bordje voor de deur weghaalt en zichtbaar gelukkig laat weten dat geen bezoek alleen voor mensen die iets komen verkopen geldt, dus niet voor vrienden.

In 2011 werd ‘Bezoek voor Beer’ bekroond met een Leespluim. Tien jaar later heeft deze vierde druk nog niets van zijn charme verloren. De pastelkleurige aquareltekeningen brengen niet alleen het gezellige huis van Beer gedetailleerd en met subtiele humor in beeld; ze accentueren ook de gevoelens van beide dieren. We zien Beer genieten van de momenten waarop hij gezellig met zichzelf wil gaan ontbijten. Bij het ontdekken van de muis is er een lichte ergernis waar te nemen die uiteindelijk na de zoveelste halsstarrige poging van de muis ontaardt in woede. Wanneer Beer langzaam tot het besef komt dat de muis hem misschien wel aardig vindt en hij zijn verlangen om met rust gelaten te worden herziet, is het geluk van zowel muis als Beer duidelijk af te lezen.

Naast de illustraties ondersteunen ook de lay-out en taal de expressie. Hoe bozer Beer wordt, des te groter de tekst. Elke keer wanneer de muis opduikt kondigt de auteur haar aan als 'klein en grijs en met heldere oogjes'. Deze herhaling verhoogt de aantrekkelijkheid voor jonge luisteraars. Bij de vierde keer is er een lichte wijziging ‘klein en grijs en met heldere oogjes, natuurlijk’ en op het eind mag de luisteraar zelf aanvullen 'klein en grijs en, nou ja, de rest weet je wel.'

De combinatie van al deze kwaliteiten, maakt van dit boek een heerlijk voorleesboek met een lage drempel. Fijn dat het heruitgegeven werd en alzo ook de twee volgende delen weer mee in de kijker kan zetten.