Bambi

Op een verborgen plek diep in het bos ligt moeder ree met haar pasgeboren kalfje … Om hen heen alle mogelijke bosbewoners, vos incluis, die moeder en kind vol bewondering aankijken. Het reekalfje begrijpt nog niets van alles wat er over hem gezegd wordt. Hij hoort alleen de stem van zijn moeder, die zachtjes tegen hem zegt: “Bambi, mijn lieve kleine Bambi.” Dit zijn de eerste zinnen van het inmiddels wereldberoemde Disney-verhaal waarin op sentimentele wijze de groei van een jong hertenkalf beschreven wordt.
In deze bewerking wordt de omgeving waarin Bambi opgroeit sfeervol weergegeven; warme illustraties zetten de wisseling van de seizoenen mooi in kleur. Mooi en realistisch ook wordt beschreven hoe moeder en kalf voorzichtig de schemering afwachten eer ze zich op open veld wagen. En subtiel voor wie tussen de regels kan lezen is er het plotse verdwijnen van Bambi’s moeder. Maar verder reikt de realiteit niet.
Walt Disney kaderde zijn verhaal in een levensechte omgeving maar had niet de bedoeling lezers een realistische kijk op het dierenrijk mee te geven. Hij stelt de dierenwereld voor als één grote familie waarin vos en konijn broederlijk naast elkaar leven, een dierenwereld waarin het denken en handelen van dieren door herkenbaar menselijk sentiment wordt bepaald. Voor jonge lezers, niet vertrouwd met de werkelijke natuur, wordt daardoor een enigszins vertekend beeld geschetst. Wie zich daar niet aan stoort, vindt in deze uitgave een zoveelste bekorende herwerking van één van de Disney-klassiekers.