Anna is er nog

'Anna is er nog' van Ida Vos is inmiddels een jeugdklassieker geworden. In deze nieuwe (derde) druk heeft haar zoon Bert een voorwoord toegevoegd  waarin hij duidelijk maakt dat zijn moeder begon te schrijven om haar ervaringen tijdens de tweede wereldoorlog te verwerken. Vooral de beperkingen en de vernederingen waar Joodse mensen toen mee geconfronteerd werden en haar onderduikervaringen leverden stof voor heel wat gedichten en verhalen, waaronder dus ook de belevenissen van Anna Markus.
Het verhaal start kort na de tweede wereldoorlog. Na een onderduikperiode is Anna weer herenigd met haar ouders en probeert ze te wennen aan een leven waarin opnieuw hardop mag worden gepraat en gelachen en er geen gevaar meer is om zomaar zonder enige reden te worden opgepakt. Het leven is echter niet meer zoals voor de oorlog, want Anna is er wel nog, maar waar zijn al die andere mensen gebleven? ’s Avonds als Anna in bed ligt, vangt ze wel iets op van de de gesprekken van de grote mensen, maar niemand neemt haar in vertrouwen. Iedereen moet wennen aan de nieuwe situatie en aan het schokkende besef dat zovele mensen omgekomen zijn en voorgoed lege plaasten zullen achterlaten. Wanneer Anna mevrouw Neumann ontmoet, die bij haar in de buurt woont, staat ze aanvankelijk heel wantrouwig tegenover haar – vooral vanwege haar Duitse naam – tot ze te weten komt dat Henriette Neuman ook Joods is. Mevrouw Neumann wacht op haar verdwenen dochtertje Fannie en Anna neemt zich voor alles in het werk te stellen om Fannie terug te vinden.
'Anna is er nog' is bestemd voor kinderen vanaf tien à elf jaar, een leeftijdsgroep waarvoor Ida Vos met een grote vanzelfsprekendheid de juiste toon en het juiste niveau lijkt te vinden. Bovendien weet zij als ervaringsdeskundige maar al te goed wat het doet met een jong kind om jarenlang te leven in angst, gescheiden van mama en papa en zonder het gezelschap van andere kinderen. De auteur laat ook zien dat met de wapenstilstand lang niet alle problemen van de baan zijn voor de Joodse oorlogsslachtoffers. Niet alleen moeten ze leren leven met alle opgedane trauma’s, ze moeten nog steeds opboksen tegen het anti-semitisme dat uiteraard niet zomaar ineens verdwenen is uit de samenleving. Ook de aanhangers van de Nationaal-Socialistische Beweging (NSB) en hun kinderen moeten hun plaats terugvinden in de samenleving. Vos schetst een genuanceerd beeld van de verwarrende toestand in Nederland kort na de tweede wereldoorlog.
Het happy end aan het einde, waarbij Fannie inderdaad wordt teruggevonden, komt wel enigszins geforceerd over, maar het gaat zeker niet om een onmogelijk scenario en 'Anna is er nog' blijft ook na 25 jaar (de eerste druk verscheen in 1986) een waardevolle en boeiende roman.