Elvis en Jones in Malibu

Elk jaar bezoeken Elvis en zijn zusje Jones, samen met zijn ouders hun familie in Malibu. Onderweg, in het vliegtuig, ontmoeten ze Dakota. Hij woont ook in Malibu. Jones vertelt hem hoe bang ze is voor honden en Dakota legt rustig uit hoe ze er best mee kan omgaan. Tante Maria en oom Tony hebben twee kinderen, Wiley en Pixie. De kinderen zijn heel goede vrienden onder elkaar. Het wordt weer een zalige vakantie met heerlijke ritten te paard, want oom Tony heeft een ranch. Ze kopen mishandelde paarden en willen ze een nieuw en gelukkig leven bezorgen. Tijdens een hevig orkaan is de lievelingshengst Jackson van Wiley op de vlucht geslagen. De volgende morgen wordt er door iedereen tevergeefs naar hem gezocht. Wiley heeft een vermoeden dat een bruin paard in de weide van de naburige ranch mogelijk zijn hengst is. Hij verzint een plan: alle kinderen verstoppen zich in de laadruimte van de pick-up. Wanneer beide ouders bij de buur aankomen, sluipen ze ongemerkt naar de hengst en spuiten hem met de waterslang nat. De bruine verf stroomt van het paard af. Terwijl de ouders de hoek omkomen, zien ze verbaasd de witte hengst onder de afdruipende verf tevoorschijn komen. Op het einde van de vakantie gaan ze naar een groot indianenfeest, waarbij ze meemaken hoe de indianen de oude rituelen in ere houden. Tijdens een uitstap naar zee hadden ze vriendschap gesloten met een indianenmeisje, en verbaasd zien ze dat het grote opperhoofd Dakota is en eveneens de grootvader van hun vriendinnetje.

De avonturen zullen lezertjes met een liefde voor paarden wel aanspreken. Het verhaal is goed verteld, en de lezer krijgt een beeld over Malibu. Het scenario vormt een mooi geheel met aandacht voor de fijne familiale sfeer, ook de kinderen kunnen het erg goed met elkaar vinden. Het hele boek door ervaar je een positieve, optimistische sfeer. Het contact met de paarden is ook goed beschreven, en op het einde staat men even stil bij de oorspronkelijke bewoners van Malibu, namelijk de indianen.