De keerzijde van de keizer

Ca. 815 na C. Tjerk of Theoderic, de jongste bastaardzoon van Karel de Grote, vertelt wat hij heeft vernomen op zijn tocht door het rijk. Met hem reizen we vanuit Friesland, waar zijn Saksische moeder Ethelinde woont, naar Aken, het hof van Lodewijk de Vrome. Ethelinde heeft haar zoon opgedragen zich te wreken op de keizer omdat hij haar volk verraden heeft. Via Berthe, lievelingsdochter van Karel de Grote, leert Tjerk de betere kant van zijn vader kennen. Voor- en tegenstanders komen als verteller aan het woord. De meeste hoofdstukken behandelen de dertigjarige strijd tegen de Saksen. Hun leider Widukind bleef eeuwenlang de held. De schrijfster schetst geen al te fraai beeld van Karel de Grote. Haar al te lijvige boek (voor de jeugd?) is gebaseerd op de Vita van Einhard en de vele sagen en ridderromans. Op die manier vermengt ze onverantwoord historische en legendarische gegevens. De vele veldslagen van de keizer, al zijn vrouwen en vriendinnen  passeren de revue. Sommige dialogen klinken te hedendaags ("Doe me een lol en ga Ada even zoeken" , p. 48; "Dat kun je niet uitvlakken", p. 75). Voorin staat een kaart van het grote rijk, achterin volgt een nuttige lijst van de personages en stambomen van de Franken en de Saksen.