Zomervacht

De kaft en titel spreken me meteen aan. Je ziet een foto van een bij op een witte zachte achtergrond. Gele letters ‘Zomervacht’ geven me een zacht dromerig gevoel.

Brian, een dertienjarige jongen, vertelt ons zijn verhaal. Zijn verhaal: Hoe het is om met je vader in een bouwvallige caravan te wonen. Hoe het is om een broer te hebben die verstandelijk en fysiek gehandicapt is en die jij maar af en toe bezoekt in de instelling waarin deze verblijft. Hoe het is om een afwezige moeder te hebben.
Hij vertelt hoe hij de situatie beleeft, wanneer zijn vader plots wegens financiële voordelen beslist om zijn broer (weliswaar tijdelijk) in ‘huis’ te nemen. Dit zal gedurende de zomervakantie zijn en Brian wordt al snel verantwoordelijk gesteld voor zijn broer. De broederliefde tussen deze twee is zeer aanwezig, maar Brian wordt als dertienjarige toch opgezadeld met een verantwoordelijkheid die een normale puber niet zou moeten nemen.
Het boek vertelt hoe Brian dit alles verwerkt en het beste probeert te maken van zijn netelige positie. We maken ook kennis met enkele andere bewoners op het bouwvallige terrein. Een nieuwe huurder bouwt een band op met Brian en Brian is maar al te blij dat hij iemand heeft waarop hij kan terugvallen. Ook al lijkt deze persoon af en toe een duister verleden met zich mee te dragen, Brian en hij kunnen bij elkaar terecht met hun bezorgdheden.

Het is een verhaal met overwegend mannelijke personages. Dat maakt het ruw maar ook heel puur. Het gemis echter van een moeder of moederfiguur en vrouwelijke tederheid bij Brian is heel duidelijk. De auteur heeft geen schroom om dit duidelijk te maken. Zo wordt de relatie die Brian opbouwt met Selma, een meisje uit de instelling, hard en teder weergegeven.
Ik ben gegrepen door het verhaal en raad het zeker aan.