Wie is de kleinste?

De GROOTSTE zijn is leuk, maar de kleinste zijn is natuurlijk veel specialer! Allemaal willen de dieren in dit boek de kleinste zijn. Het wordt snel duidelijk wie niet gaat winnen, maar wie is dan wel de allerkleinste? Als het boekje helemaal dichtgevouwen is, zie je een giraf met zijn oogjes boven een schutting piepen. Vouw je de boekenflap open dan zie je de volledige giraf, die trots beweert de kleinste te zijn. Tegelijkertijd komt de slurf van de olifant in beeld. Vouw je de tweede flap open, dan krijgen we inderdaad de olifant te zien, die ook de kleinste meent te zijn. Onder de derde flap schuilt een kameel. En ook de kameel denkt de kleinste te zijn. Slaan we de voorlaatste flap open, dan komen er twee bekende gezichten te voorschijn, nl. mama Kangoeroe en kleine Kangoeroe. Beiden zijn kleiner dan de kameel, maar niet kleiner dan de aap die bij het openvouwen van de laatste flap helemaal zichtbaar wordt. Schildpad, muis, spin en mier zijn de laatsten die stellen de kleinste te zijn. Maar enkel mier is echt de allerkleinste. De volledige achterzijde van de flappen vormt de lange schutting, waar giraf overheen keek.
Dit prentenboek heeft een unieke vorm, is vervaardigd uit hard karton met verstevigde vouwen maar is voor de kleinsten misschien niet altijd handig om vast te houden. Dit type boekvorm zal ongetwijfeld de nieuwsgierigheid van de lezer prikkelen. De dieren worden vrij waarheidsgetrouw tegen een driekleurige achtergrond weergegeven, een blauwe hemel, hier en daar paarse bergen en een gele grond. Het weinige groene gras maakt de illustratie af. De tekst, eenvoudige korte zinnen, in een zwart duidelijk lettertype, komt bij elk dier in een wit tekstballonnetje terug. Dit prentenboek is geschikt voor peuters vanaf twee jaar.