Wendy Wollebol is een schaap als alle anderen. Ze vult haar dagen met gras eten en slapen. Op een dag redt ze een fee die vastzit in een doornstruik. Als dank mag Wendy een wens doen van de fee. Ze onthult haar hartenwens: ze zou zo graag eens vliegen in het licht van de maan. En die avond is het zo ver. Wendy vliegt. Ze vliegt over het huis van de boer, over de stad en naar de zee. Het is nog fijner dan ze gedroomd had. Op de terugweg ontdekt ze iets akeligs. Een wolf besluipt de andere, slapende schapen. Wendy roept zo hard ze kan, maar de schapen worden niet wakker. Ze raapt al haar moed bijeen en stormt in een duikvlucht op de wolf af. Die schrikt zo erg dat hij halsoverkop op de vlucht slaat. ’s Morgens vertellen de schapen aan elkaar dat ze droomden dat Wendy kon vliegen. Ze vinden het vreemd dat ze allemaal hetzelfde droomden. Aan Wendy kunnen ze het niet vragen, want die slaapt… 'Wendy’s wens' is een leuk boekje zonder meer. Het verhaal is niet erg bijzonder maar kan wel boeien. De illustraties zijn duidelijk, kleurrijk en aantrekkelijk voor de jongste kleuters.