Niemand ziet het

Dit boek speelt zich af in 1947: een tijd waarin naar de middelbare school gaan een privilege is voor de beste leerlingen, nieuwe kleren moeilijk te krijgen zijn en homo zijn iets is waar je je diep voor schaamt. In die tijd groeit Victor op. Victor weet al heel lang dat hij van jongens houdt maar durft daar met niemand over te praten. Het maakt hem eenzaam maar aan zijn gevoelens twijfelt hij niet.

Het boek wordt verteld in de Ik-vorm. Je kruipt in de huid van Victor en leeft met hem mee. Het boek gaat traag en dat is bedoeld als compliment. Je krijgt tijd om je je Victor en zijn klasgenoten voor te stellen. Het overlijden van een klasgenootje komt dan ook hard binnen. Je krijgt ook een goed beeld van de boeiende, naoorlogse tijd. De Hongerwinter ligt nog vers in ieders geheugen. Een slagroomtaart kunnen kopen, doet de ouders van Victor beseffen dat ze gelukkige mensen zijn. Het beeld van Victor en zijn ontluikende homoseksualiteit is nogal cliché: hij is zorgend, houdt van mooie kleren, is niet goed in sport ... Dat is jammer voor dit verder mooi geschreven en goed uitgewerkte boek.