Muziekencyclopedie voor de jeugd
Dit boek tracht op een speelse manier kinderen wegwijs te maken in de wereld van de muziek. Het concept is echt als een encyclopedie opgevat. Om het geheel wat luchtiger te maken worden er twee kinderen geïntroduceerd: Niels en Marieke. Zij zijn als het ware bezeten van muziek en lopen door heel het verhaal om uitleg te geven of te figureren in één van de onderwerpen die aan bod komen. Er worden heel wat symbolen gebruikt. Er zijn er 13 verschillende om te verwijzen naar de herkomst van een woord uit een andere taal, nog eentje voor afkortingen en één voor de tekens. Dan heb je nog accenten die moeten helpen om het woord juist uit te spreken en tenslotte is er nog een symbool (wijzende hand) dat je doorverwijst naar het betreffende lemma. Al bij al is het dan een erg drukke bedoening die soms wel heel moeizaam leest. Een voorbeeld: “Sinds de 18e eeuw bedoelt men met een concerto voornamelijk een Fcompositie voor solo-instrument (solo) met orkest, oftewel een concert (bijv. een pianoconcert, vioolconcert of hoboconcert). In de orkestmuziek van de baroktijd (Fbarok) overheerste het Fconcerto grosso (grote concert).” Ook worden Niels en Marieke al heel vlug ongeloofwaardig, bijna karikaturaal. Ze spelen allebei ongelooflijk goed muziek en ze zijn als het ware zelf levende encyclopedietjes. Het is toch wat bizar dat een jongetje van een jaar of tien even vlotjes een bluesschema uitlegt? Afgezien van de nogal overdreven aanwezigheid van symbolen en verwijzingen is de uitleg correct en duidelijk. Sommige dingen zullen voor niet-muzikanten nogal ingewikkeld zijn. De onderwerpen worden passend geïllustreerd en er wordt niet op een afbeelding meer of minder gekeken. Achteraan het boek is een lijst opgenomen met belangrijke componisten met hun geboorte- en sterfjaar, een uitgebreid register (met vaak onleesbare letters als titel) en een verantwoording voor het beeldmateriaal.