Mus & kapitein Kwaadbaard

en de koers naar de kraken

Joepie, daar is het tweede deel van Mus en kapitein Kwaadbaard! Zou het zo’n leuk avonturenboek geworden zijn als deel 1? De proloog verklapt dat er weer spannende dingen te gebeuren staan. Mus lijkt het immers onder water moeilijk te hebben. De ideale prikkeling van mijn nieuwsgierigheid. 

In 70 korte en vaak krachtige hoofdstukken krijgen Mus, kapitein Kwaadbaard en hun vrienden een aantal nieuwe uitdagingen op hun bord. De hoofdpersonages kennen we al uit het eerste deel, maar er komen er ook een heel aantal bij. De ene al wat interessanter en geheimzinniger dan de andere. Ook de 'Kraken', een soort zeemonster, krijgt een hoofdrol. Zelf had ik er nog nooit over gehoord, maar Wikipedia leerde me dat Kraken een Scandinavisch fabeldier is dat veel weg heeft van een grote octopus. In dit verhaal is dat ook zo. Het oorspronkelijke plan van de bemanning van de Cobra is de Kraken verslaan. Onderweg naar het doel krijgen ze te maken met muiterij en andere tegenslagen, maar ook met verrassingen en een andere boot: de Helena. De bemanningsleden zijn niet allemaal onbekenden en Mus komt ook achter een geheim dat ervoor zorgt dat haar leven nooit meer hetzelfde zal zijn. 

De verhaallijn is onderhoudend en makkelijk te volgen. De taal is vrij eenvoudig maar toch rijk. Hassing neemt ook de tijd om moeilijkere termen uit te leggen zonder dat dat ook maar één keer storend is. Elk hoofdstuk eindigt met een mini-climax zodat het moeilijk is om het boek weg te leggen. Daardoor is het ook een ideaal voorleesboek. Van een aantal lijnen is het duidelijk dat ze nog niet afgerond zijn. Ideaal voor volgende delen van deze reeks. Deze lezer is alvast benieuwd naar deel 3: De Amorfe.

Deel 2 kan je eventueel lezen zonder deel 1 gelezen te hebben. Maar waarom zou je één pareltje lezen als het er ook twee kunnen zijn? Door deel 1 te lezen kruip je gewoon nog dieper mee in het verhaal van de Kraken.

De illustraties van Faas vullen het verhaal prima aan en geven de sfeer perfect weer. Ik ben fan van haar werk. Hassing en Faas mogen van mij gerust nog een hele tijd doorgaan met hun samenwerking: ideale combinatie! Het antwoord op mijn vraag bovenaan is dus een duidelijke “ab-so-luut”. Meisjes, jongens en alles er tussenin, vanaf een jaar of 10, komen zeker aan hun trekken (en de eventuele voorlezers ook).