Milan moet mee!

De klas van Milan wordt door een Nederlandse klas uitgenodigd. Alle kinderen zijn dolenthousiast en staan te springen om tijdens de vakantie een weekje aan het Veerse Meer door te brengen. Alleen Milan wil niet mee. Hij weet dat zijn moeder niet genoeg geld heeft om zoiets te betalen, naast alle ziekenhuiskosten voor zijn zieke broertje. Dat gaat hij uiteraard niet vertellen, maar zijn klasgenootjes komen er snel genoeg achter. Onder leiding van de bijdehandse Julie organiseren ze een soort talentenjacht, genaamd Idool, net zoals op televisie. Door de verkoop van kaartjes willen ze genoeg geld bijeenkrijgen om ervoor te zorgen dat Milan mee kan. Het wordt echter een beetje lastig als Milan zelf ook wil deelnemen. Het verhaal leest vlot, maar het is zo stereotiep en weinig origineel dat het al snel begint te vervelen. De personages zijn clichématig beschreven en niet uitgediept. Zelfs over Milan zijn achtergrond krijgt de lezer maar weinig informatie. Je kunt voor dit redelijk onbehouwen personage dat steeds onterecht het gevoel heeft gediscrimineerd te worden, slechts weinig sympathie voelen en je vraagt je al snel af waarom zijn klasgenootjes zoveel moeite doen om ervoor te zorgen dat hij mee kan. Uiteraard voelt hij zich uitgesloten als de hele klas voor de opbouw van het evenement samenwerkt en hij niet mag meedoen. Het verhaal hangt trouwens van de toevalligheden aan elkaar, zodat alles van een leien dakje loopt, behoorlijk onwaarschijnlijk. Eenvoudige zwart-wittekeningen zijn in de hoofdstukjes opgenomen.