Mijn vreemde vriendin Hag en ik

In haar nieuwe school ontmoet Nina een wel erg vreemd meisje. Haar klasgenootje Hag draagt oorbellen met reepjes pannenkoek eraan en vertoeft tijdens de pauze in de bosjes. Hoe fascinerend de mysterieuze Hag ook is, Nina wil toch liever een gewone vriendin, zoals Wolfje. Maar Wolfje wil liever deel uitmaken van een groepje oudere meisjes. Ongewild wordt Hag, die in haar werkgroepje zit, echt een obsessie en langzaamaan komt Nina steeds meer over haar en haar vreemde gedrag te weten. Heet Hag wel Hag? Kan je insecten sparen? Bestaan kabouters toch? Kan Hags babyzusje echt gedachten lezen? Nina leert dit eigenwijze meisje dat haar eigen koers vaart te appreciëren en er groeit een bijzondere vriendschap. Het is een aansprekend, humoristisch verhaal met vriendschappen en groepjesvorming als centrale thema. Erbij horen lijkt heel belangrijk te zijn, maar toch wordt dit gerelativeerd. Hag is een buitenbeentje, helemaal zichzelf en ze geniet van de nieuwe vriendschap met Nina. Die staat eerst wat weigerachtig tegenover dit vreemde kind, uit angst uitgelachen te worden op haar nieuwe school. Langzaam geeft de fantasierijke Hag haar geheimen bloot en de gevoelige, kwetsbare Nina is blij dat ze een vriendin gevonden heeft, ook al hoort ze daardoor niet bij de groep. In elk geval kan ze erdoor ontsnappen aan het eindeloze gevraag van haar pas gescheiden moeder. Tot ze denkt dat Hag tegen haar liegt, maar is dat wel zo? Een vlot lezend boekje met goed geportretteerde originele figuren, vol levendige dialogen en behoorlijk wat humor. De tekst is geestig geïllustreerd.