Met Fiep op de fiets

Een rechthoekig kartonnen boek waarop Fiep, in de herkenbare tekenstijl én met de bijbehorende beestenboel van Westendorp, je glimlachend aankijkt, kan je niet zomaar naast je leggen. Het boek moet je openklappen en het vergt even tijd voor je weet hoe je het moet (voor)lezen. Vanaf pagina 4 gaat de tekst ineens over in rijmvorm. Dat leidt tot vreemde zinsconstructies die inhoudelijk voor verwarring zorgen, net zoals de sprongen in de verhaallijn en illustraties dat doen.

Fiep komt op elke pagina terecht in een ander decor. Van het bos naar de winkels over de vijver en de stad tot de dierentuin enzovoort. Een fietstocht kan doorheen het ganse land, maar hierin wordt echt overdreven. De stap naar de dierentuin is vreemd. Plots duikt een kar op waarin vier dieren zitten: een beer, een pinguïn, een aap en een slang. Op de volgende prent fietst Fiep ineens weer door het bos, waar ze de dieren loslaat. Op de achterflap van het boek suggereert men om na het vertellen de kleuters ook te laten spelen met het boek. Als je het boek helemaal openklapt en rechtop zet, kunnen ze de prenten inderdaad nog eens goed bekijken. Het speelelement heb ik niet gevonden en dat is jammer.