Littekens

Paul, die na de operatieve verwijdering van een gezwel aan zijn been zijn handicap wil verwerken, fietst helemaal vanuit Nederland naar Frankrijk. Hij gaat er de zomer doorbrengen bij zijn tante Martine en haar gezin. Onderweg brengt hij een nacht door bij monsieur Martin. Een onweer belet hem door te reizen en de man verschaft wel vaker onderdak aan reizigers. Paul stort zijn hart uit bij deze aangename man, maar schaamt zich achteraf voor zijn tranen. Hij was een goede tennisser en door een kanker is hij moeten stoppen. De littekens op zijn been probeert hij zoveel mogelijk te verstoppen.
Maar Paul ontdekt die zomer dat littekens niet altijd te zien zijn. Clara verblijft bij haar grootmoeder en worstelt met het vreemde overlijden van een van haar oppaskinderen. Ze probeert zich te verstoppen om zo te ontsnappen aan de herinneringen en schuldgevoelens.
Is er een verband tussen die vreselijke gebeurtenis en de plotse dood van Monsieur Martin? Inspecteur Boltrie van de politie probeert de losse eindjes aan elkaar te knopen. Ondertussen groeien beide door het leven getekende jongeren naar elkaar toe.
Leuk in dit boek is hoe alle verhaallijnen samenkomen, maar de toevalligheden lijken soms wat vergezocht. Zo brengt een verloren medaillon van Clara’s moeder alles aan het rollen. In dit boek moet je veel tussen de lijnen door lezen, hoewel het verhaal is verteld door de ogen van drie verschillende personages. Op het einde had ik nog steeds het gevoel dat er heel wat onduidelijkheden bleven. Ook de ‘oplossing’ van de mysterieuze dood van het kind lijkt me nog steeds niet Clara te ontlasten. De climax had wat mij betreft wat meer gedurfd mogen zijn.
Hoewel dit detective-achtige verhaal best te genieten is, komt het geheel wat gedateerd over. Anke de Vries lijkt niet echt te evolueren in haar schrijverschap. Het boek sluit qua setting en thematiek aan bij eerder van haar hand verschenen jeugdboeken zoals Belledonne kamer 16, Het geheim van Mories Besjoer en Medeplichtig.