Kijk eens wat ik kan!

Dit prentenboek handelt over allerlei spelactiviteiten die een peuter kan ondernemen en waaraan het kind plezier beleeft. Zoals een diertje boetseren uit klei, torens bouwen in de zandbak, muziek maken etc. Vanuit al die handelingen wordt telkens een begrip geduid: sterk, luidruchtig, knap, helpen. Al deze activiteiten gebeuren op school en als het caviaatje op het einde van de schooldag thuiskomt, is hij zo blij om aan zijn ouders te tonen dat hij eigenlijk van alles kan. Het boekje is niet uitnodigend. De illustraties zijn heel vlak getekend. De diertjes zijn haast niet als cavia’s te herkennen, ze komen stereotiep en weinig expressief over. Zowel de kleuren als de achtergrond missen levendigheid. De lay-out oogt rommelig door het overdreven aantal lettertypes en het feit dat de tekst, vaak zonder reden, in boogjes is gezet. De keuze van situaties om bepaalde woorden toe te lichten lijkt wat lukraak en mist samenhang.