Ik hou van katten

Een jongetje vertelt over zijn liefde voor katten. Of ze nu dik of dun zijn, in manden zitten, in een hoekje slapen, op de boerderij of in de stad wonen, janken of sluipen … het maakt niet uit: hij ziet ze allemaal graag en dat is wederzijds. Meer inhoud heeft dit prentenboek niet en hierdoor is het lezerspubliek mijns inziens beperkt tot mensenkinderen die van katten houden. Geen probleem, zovele onderwerpen, zovele doelpublieken. De illustraties dan, want die vormen uiteraard het belangrijkste onderdeel in een dergelijk boek, waarin men een brede opsomming krijgt van diverse katten. Niet dat je meer te weten komt over de verschillende kattenrassen die er rondhossen op onze planeet. Dit prentenboek wil een summier overzicht geven van de talloze eigenschappen die katten kunnen vertonen. Soms levert dat realistische plaatjes op – denken we aan de katten in manden, dozen en vazen – maar soms ook compleet absurde tekeningetjes, zoals de kat met megafoon of de kat die een kinderwagen vol kittens voortduwt. Wat een kat met sokken is, zal voor de volwassen lezer duidelijk zijn. De tekening geeft echter een kat met geruite kousjes weer, wat voor kinderen dan weer niet uitlegt wat die sokjes nu zijn. Sommige tekeningen doen denken aan de Oost-Europese traditie, al wordt die sterke stijl niet doorheen het hele boek gevolgd. Jammer, want dat maakt het boek minder sterk en minder mooi. De aantrekkelijke kaft en de originele zwart-wittekeningen op de schutbladen werken sterk uitnodigend en zorgen er mede voor dat dit boek toch als leuk prentenboek beschouwd kan worden. Aangenaam tussendoortje.