Jonas is met zijn ouders en broertjes -een tweeling- naar Frankrijk verhuisd. Zijn vader gaat er werken als klusjesman op een kasteel. Maar is een kasteel zonder torens wel een echt kasteel? De Nederlandse dame die er woont, is allesbehalve vriendelijk en al helemaal niet gesteld op kinderen. Jonas ontdekt een geheimzinnig schilderij van de toren die hij ook vanuit zijn slaapkamerraam kan zien, maar die hij niet kan vinden als hij door het bos op zoek gaat. Hij schrijft erover aan zijn vriendinnetje Josje in Nederland en gaat in het kasteel op onderzoek uit. Via het internet ontdekt Josje de eigenaar van de toren en als ze dan bij Jonas komt logeren, ontmaskeren ze samen de kasteelvrouwe die - tegen de zin van de burgemeester - van de toren een jagersclub wou maken. 'Het torengeheim' gaat over een Nederlands gezin dat naar Frankrijk migreert. Uit het verhaal blijkt hoe gemakkelijk kinderen zich kunnen integreren, vrienden maken en zich ergens thuis voelen. Het verhaal is echter een beetje gezocht in een poging er een avontuurlijke inslag aan te geven. De ‘geheimzinnige’ toren is gewoon via een andere weg bereikbaar en aan het ‘geheim’ van de toren is niet echt iets geheimzinnigs verbonden, behalve dan dat de Hollandse dame er plannen mee heeft. Wel wordt er een oorlogsintrige bijgesleept. De eigenaar is omgekomen tijdens de Eerste Wereldoorlog en niemand kent de huidige eigenaar, maar die maakt zichzelf zonder al te veel moeite aan Josje bekend. Jonas is dan ook nog eens helemaal geen held, waardoor hij als hoofdpersoon niet echt interessant is. Wie zich bij de titel aan enige spanning en mysterie verwacht, komt dus bedrogen uit.